Ruimteloos / Geloosde Ruimte

Als beeldend kunstenaar, met een bijzondere interesse voor landschapskunst, architectuur, stedenbouw en ruimtelijke ordening ontstond de drang om een (hoofdzakelijk vormelijk) onderzoek te voeren naar het spanningsveld tussen mens en ruimte, de zelfbewuste geest en haar omgeving. Dit onderzoek speelt zich af op drie niveaus: de theoretische studie (waarneming, lectuur, scriptie), vormstudie (Stil-Leven, Ruimteloos/Geloosde Ruimte) en tot slot de toegepaste projecten (voorstellen voor de publieke ruimte). Hoe wij ruimte beschouwen, ze structureren en organiseren, hoe we ons erin (voort)bewegen: het is in het bijzonder de interactie tussen beiden die de kern van het onderzoek uitmaken.

Zoals bij alle vormstudies binnen dit onderzoek is het ook bij deze toegelaten of zelfs verplicht het geheel fysiek te betreden, teneinde deze interactiviteit te kunnen ervaren. Door onszelf binnenin, bovenop, tussendoor of langsheen volumes te bewegen geven we onszelf over aan de zintuiglijke gewaarwording van ruimte en ruimtelijkheid. Door zichzelf in de ruimte te positioneren zal de toeschouwer deze automatisch gaan structureren en organiseren. Wanneer mensen de ruimte ook daadwerkelijk gaan gebruiken zien we bovendien dikwijls hoe ruimte ook erg multifunctioneel kan zijn: kinderen zien in elke ruimte speelruimte, bij regen doet ze soms dienst als schuilplaats, maar ze kan bijvoorbeeld ook als woon- of opslagruimte gebruikt worden.

De constructie Ruimteloos/Geloosde Ruimte werd zo ontworpen en opgebouwd dat de ruimte die ze omhult op verschillende wijzen geaccentueerd en gestructureerd wordt. Ze bestaat uit een planken vloer en een houten 'kader' die zich als een soort inwendige schelp in de container bevindt. De planken die de vloer vormen lopen in de lengte van de container, waardoor deze extra benadrukt wordt. De rechtopstaande wanden zijn opgebouwd uit een wafel van planken in verticale richting aan de buitenzijde en een laag multiplex aan de binnenkant. De bovenzijde is opgebouwd uit een aantal balkjes die de natuurlijke lichtinval beter toelaten en de constructie vanuit de binnenkant visueel opentrekken door het zicht vanuit de container op de open hemel, de oneindige ruimte, te vrijwaren.

Het begrip alsook de (on)tastbare realiteit 'ruimte' is het centrale gegeven waarrond deze installatie is opgebouwd. Door middel van een minimale, voor velen bijna onopgemerkte, houten constructie wordt de aanschouwer getriggerd stil te staan bij de ruimte en haar diverse eigenschappen.

De constructie wordt na opening van de container gedeeltelijk uit de omhullende doos geschoven, zoals het laatje van een luciferdoosje. Op die manier wordt de ontastbare ruimte visueel gemaakt. Bovendien ontstaan hierdoor binnen de container, achter de vloer, waarvan de rand benadrukt wordt door de TL-lamp, een soort lege ruimte binnenin de lege ruimte. De ruimte wordt nu ook door de bezoekers mentaal opgedeeld. Waar al velen niet of pas na aarzeling de constructie durven te betreden, daar zijn het slechts enkelingen die zich voorbij de lamp en de vloer durven wagen.

Achterin de container, op het einde van de houten vloer, bevindt zich dus de TL-verlichting. Deze veroorzaakt in samenspel met de lichtgrijs geschilderde binnenwand van de container een soort diffuse lichtnevel binnenin het volume. Hierdoor wordt de lege ruimte extra benadrukt. Dit licht projecteert zich bij donker ook duidelijk tot enkele meters buiten het geheel. Zo wordt behalve door de uitschuifbaarheid ook door deze lichtbundel het onbegrensde en de verplaatsbaarheid van ruimte extra belicht.

Samen met het gedrag van de aanschouwer organiseert en structureert deze puzzel van richtingen, vlakken, lagen en opdelingen dus de ruimte, niet enkel binnenin, maar ook aan de buitenzijde van de container.

Gebruikte Materialen
20ft Container
Schaliebert Brut 20x100 mm
Multiplex 18mm Poolse Grenen
Geschaafde Vuren 50x70mm
TL-Verlichting 1300mm