Nieuw portfolio en blog zijn online! Met nieuw logo en alles er op en er aan :)



Nieuw portfolio en blog zijn online! Met nieuw logo en alles er op en er aan :)

Ruimteloos / Geloosde Ruimte

Als beeldend kunstenaar, met een bijzondere interesse voor landschapskunst, architectuur, stedenbouw en ruimtelijke ordening ontstond de drang om een (hoofdzakelijk vormelijk) onderzoek te voeren naar het spanningsveld tussen mens en ruimte, de zelfbewuste geest en haar omgeving. Dit onderzoek speelt zich af op drie niveaus: de theoretische studie (waarneming, lectuur, scriptie), vormstudie (Stil-Leven, Ruimteloos/Geloosde Ruimte) en tot slot de toegepaste projecten (voorstellen voor de publieke ruimte). Hoe wij ruimte beschouwen, ze structureren en organiseren, hoe we ons erin (voort)bewegen: het is in het bijzonder de interactie tussen beiden die de kern van het onderzoek uitmaken.

Zoals bij alle vormstudies binnen dit onderzoek is het ook bij deze toegelaten of zelfs verplicht het geheel fysiek te betreden, teneinde deze interactiviteit te kunnen ervaren. Door onszelf binnenin, bovenop, tussendoor of langsheen volumes te bewegen geven we onszelf over aan de zintuiglijke gewaarwording van ruimte en ruimtelijkheid. Door zichzelf in de ruimte te positioneren zal de toeschouwer deze automatisch gaan structureren en organiseren. Wanneer mensen de ruimte ook daadwerkelijk gaan gebruiken zien we bovendien dikwijls hoe ruimte ook erg multifunctioneel kan zijn: kinderen zien in elke ruimte speelruimte, bij regen doet ze soms dienst als schuilplaats, maar ze kan bijvoorbeeld ook als woon- of opslagruimte gebruikt worden.

De constructie Ruimteloos/Geloosde Ruimte werd zo ontworpen en opgebouwd dat de ruimte die ze omhult op verschillende wijzen geaccentueerd en gestructureerd wordt. Ze bestaat uit een planken vloer en een houten 'kader' die zich als een soort inwendige schelp in de container bevindt. De planken die de vloer vormen lopen in de lengte van de container, waardoor deze extra benadrukt wordt. De rechtopstaande wanden zijn opgebouwd uit een wafel van planken in verticale richting aan de buitenzijde en een laag multiplex aan de binnenkant. De bovenzijde is opgebouwd uit een aantal balkjes die de natuurlijke lichtinval beter toelaten en de constructie vanuit de binnenkant visueel opentrekken door het zicht vanuit de container op de open hemel, de oneindige ruimte, te vrijwaren.

Het begrip alsook de (on)tastbare realiteit 'ruimte' is het centrale gegeven waarrond deze installatie is opgebouwd. Door middel van een minimale, voor velen bijna onopgemerkte, houten constructie wordt de aanschouwer getriggerd stil te staan bij de ruimte en haar diverse eigenschappen.

De constructie wordt na opening van de container gedeeltelijk uit de omhullende doos geschoven, zoals het laatje van een luciferdoosje. Op die manier wordt de ontastbare ruimte visueel gemaakt. Bovendien ontstaan hierdoor binnen de container, achter de vloer, waarvan de rand benadrukt wordt door de TL-lamp, een soort lege ruimte binnenin de lege ruimte. De ruimte wordt nu ook door de bezoekers mentaal opgedeeld. Waar al velen niet of pas na aarzeling de constructie durven te betreden, daar zijn het slechts enkelingen die zich voorbij de lamp en de vloer durven wagen.

Achterin de container, op het einde van de houten vloer, bevindt zich dus de TL-verlichting. Deze veroorzaakt in samenspel met de lichtgrijs geschilderde binnenwand van de container een soort diffuse lichtnevel binnenin het volume. Hierdoor wordt de lege ruimte extra benadrukt. Dit licht projecteert zich bij donker ook duidelijk tot enkele meters buiten het geheel. Zo wordt behalve door de uitschuifbaarheid ook door deze lichtbundel het onbegrensde en de verplaatsbaarheid van ruimte extra belicht.

Samen met het gedrag van de aanschouwer organiseert en structureert deze puzzel van richtingen, vlakken, lagen en opdelingen dus de ruimte, niet enkel binnenin, maar ook aan de buitenzijde van de container.

Gebruikte Materialen
20ft Container
Schaliebert Brut 20x100 mm
Multiplex 18mm Poolse Grenen
Geschaafde Vuren 50x70mm
TL-Verlichting 1300mm

Project04 "Ithaka", een eiland-module als kruispunt op de tocht van een hedendaags Voy-ag-eur (nooit uitgevoerd)

Dit werk bevindt zich centraal op de patio, de centrale ontmoetingsplaats van het STUK (Leuven). Ik wil de socio-culturele rol die de patio en het omringende gebouwencomplex vervullen benadrukken door middel van een installatie met een sterk architecturaal karakter; deze architecturale module bestaat uit zes delen:

1-4 In de eerste plaats zijn er de vier tastbare onderdelen: Vier hoeken, opgebouwd uit ongeschaafde planken van 10x2cm. Deze vier hoeken vormen samen het vijfde onderdeel van de installatie:

5 Het Kruispunt, het eerste ontastbare onderdeel.
- vanuit dit kruispunt kan de voyageur zijn tocht naar één der verschillende windstreken aanvatten.
- vanuit dit kruispunt kan de voyeur zich in het Stuk-complex (her)oriënteren en z'n toch uitstippelen.

6 Het tweede ontastbare onderdeel van de installatie is het auditieve element. Vanuit vier speakers die in de vier hoeken staan opgesteld weerklinken de geluiden die op verschillende locaties in het gebouwencomplex worden opgevangen en gebundeld in vier verschillende kanalen. Deze vier geluidsstromen worden live en simultaan via door de respectievelijke speakers uitgezonden. Centraal op het kruispunt-eiland ontstaat een soort definitieve optelsom van de verschillende geluiden, een auditieve mengelmoes die bijna de hartslag of de adem van het Stuk-complex kan genoemd worden. Wanneer het gebouw volledig verlaten is zal een 'ruis van stilte' "Ithaka" overspoelen, wanneer de gebouwen bruisen van de activiteit zal een soort organisch geronk uit de speakers weerklinken.

Een informatiestand met folfders, plannetjes, etc. kan eventueel middenin de installatie geplaatst worden.


Beach Project (2002)

Buiten de school-context nam ik deel aan een kunstproject in het West-Vlaamse Wevelgem. In het kader van Anno'02, een overkoepelend cultuurproject dat als doel had de Guldensporenslag van 1302 op een hedendaagse manier te herdenken, organiseerde de fusiegemeente Wevelgem onder de naam 'Overbruggen' een wandel-fietsroute doorheen de verschillende deelgemeenten. Deze route trachtte de kruispunt-brugfunctie van de omgeving eens in de verf te zetten. Groot Wevelgem is namelijk uitgegroeid tot een soort groot, bewoond kruispunt. Binnen een straal van slechts enkele kilometers zijn een vliegveld, treinstation, verschillende snelwegen en secundaire wegen met de nodige bruggen en kruispunten, waaronder twee klaverblad-kruispunten, gesitueerd. Wevelgem is niet alleen een kruispunt van infrastructuur, maar ook een samenkomst van activiteiten geworden. Er zijn verschillende sport- en cultuurcentra, industrieterreinen, landbouw- en veeteeltbedrijven alsook woonwijken in hetzelfde, relatief kleine gebied te vinden. Rond dit bijzonder karakter van de gemeente werd dus een route uitgestippeld die je langsheen onder andere enkele interessante vergezichten leidde. Op deze route werden ook enkele locatiegebonden, artistieke installaties opgezet. Na het leegstaande zwembad gezien te hebben kon ik nog onmogelijk neen zeggen.

Het leegstaande vijfentwintigmeterbad deed me nadenken over de functie van een zwembad in het algemeen. Ik besloot de link te leggen naar de zee en het strand. Het zwembad is eigenlijk een soort reproductie van de zee of een ander natuurlijk bassin. Doordat het niet langer gebruikt werd en er dus ook geen water meer aanwezig was werd ik verleid het virtuele pad te kiezen. Dit was een experiment. Het was de eerste maal dat ik multimedia in een ruimtelijke installatie verwerkte.

Aan de hand van een interactieve multimedia-installatie heb ik geprobeerd zowel de fysieke als de functionele kloof tussen prototype en origineel te overbruggen. Dit project was een experiment waarin ik het zwembad op deels tastbare en deels virtuele wijze terug tot strand en zee heb omgebouwd.

Op de bodem van het bassin lagen verschillende strandhanddoeken willekeurig verspreid, het ruisen van de zee overspoelde de ruimte en centraal in het bad was een reddersstoel geplaatst. Op een van de binnenwanden van het bad was een projectie van een strand te zien. Wanneer hij de stoel besteeg kreeg de toeschouwer de mogelijkheid de projectie te bedienen. Er waren verschillende mogelijkheden om het virtuele strand te personaliseren: veel volk of geen volk, veel zon, weinig zon, een parasolletje. Je kon ook iets actiever deelnemen door een virtuele vlieger op te laten, een zeilboot voorbij te laten varen of door een spelletje met de strandbal te spelen. Tenslotte was er ook een draagbare radio te vinden waarop enkele zomer klassiekers te horen waren.

Daar dit project in de zomermaanden te bezichtigen was en de ruimte op wat kunstlicht na volledig verduisterd werd (ten behoeve van de projectie) kreeg de installatie een extra tintje. De bezoekers kwamen, meestal per fiets, in volle zon bij het gebouw aan en moesten vervolgens het donkere gat in om een strand te bezoeken… Bovendien steeg de temperatuur binnen dikwijls tot enkele graden boven de buitentemperatuur doordat de zon langs de buitenkant op de grote met zwart plastiek verduisterde ramen scheen.

Babel (2001-2002)

Een houten trap wentelt rond haar as en reikt naar de hemel. Een toegang tot de trap is nergens te vinden…

In het voorlaatste jaar van de opleiding bouwde ik dit baken. Het is het icoon van de mensheid: het streven naar vooruitgang. Het werd geselecteerd voor deelname aan het kunstproject 'Ithaka', georganiseerd door de cultuurraad van de Leuvense universiteit.

Naar het voorbeeld van vele legendes en de bekende bijhorende afbeeldingen ging ik aan de slag. De bedoeling was een frustrerend gevoel op te wekken, de frustratie die ontstaat wanneer men tracht een doel te bereiken, maar jammergenoeg moet vaststellen dat dit doel niet te bereiken valt. Het deksel op de neus zoals de bekende zegswijze zo mooi verwoordt.

Dit werk betekende voor mij een belangrijke ommezwaai. Het idee dit werk te bouwen ontstond mede onder invloed van een reis die ik in de zomer ondernam. Samen met enkele anderen werd ik, onder deskundige begeleiding, ondergedompeld in de derde wereld. Haïti is, als één van de drie meest achtergestelde landen ter wereld, het schoolvoorbeeld van een derdewereldland. De Haïtiaanse bevolking moet elke dag afrekenen met meerdere problemen die armoede met zich meebrengt. Uitbuiting, kinderarbeid, ondervoeding, ziekte, dood, geweld, politieke instabiliteit en onverdraagzaamheid zijn maar enkele voorbeelden van wat armoede met zich meebrengt, maar ook ecologische problemen dreigen rampen te worden. De verwoestijning van het prachtig tropische eiland ten gevolge van ontbossing en de zware verontreiniging van land en zee om maar enkele te noemen. Het land bevindt zich in een neerwaartse spiraal die zonder structurele maatregelen in een humanitaire ramp zal eindigen.



Dit soort ervaring zet je aan het denken. Waar zijn we mee bezig? En is het wel relevant? Is een fenomeen als kunst, dat in een derdewereldland nauwelijks tot onbestaande is, relevant? Of is het louter een luxeproduct dat ontstaat uit een tekort aan zorgen? Zouden wij (ik) in dergelijke omstandigheden nog met dit soort zaken bezig zijn?… Maar vooral: wat trachten wij te bereiken… en lukt dit ook? Er ontstonden vele vragen, maar bitter weinig antwoorden. Mijn belangrijkste antwoord was 'Babel'.